Schuldbeleving

De laatste tijd wordt Spanje vrijwel wekelijks opgeschrikt door corruptieschandalen op alle niveaus; van de overheid tot het koningshuis aan toe. Meermaals is te zien hoe politici, leden van het koningshuis en andere gezagsdragers met schuldigheid omgaan. Het ‘om de hete brij heen draaien’ wordt vaker gebezigd, dan het overtuigd schuld bekennen met de intentie fatsoen en gerechtigheid te bereiken.
Om schuld te kunnen voelen is een innerlijk besef van goed en kwaad nodig. Om schuld te kunnen ervaren is een zekere mate van volwassenheid nodig; zoals zelfvertrouwen en zelfwaardering om schuld te kunnen opmerken. Schuldbeleving heeft bovendien een sociaal aspect, daar het gekoppeld is aan normen en waarden door de cultuur bepaald. Denk eens aan een christelijke geloofsovertuiging waarin boetedoening, straf, berouw, vergeving centrale levensthema’s zijn.
Schuldgevoel ontstaat wanneer je bewust of onbewust de ander kwetst; de ander hindert bij het vervullen van zijn behoeften; en zijn rechten hindert. Met als resultaat, het belasten c.q. bedrukken van het zelf of de ander. Schuldgevoelens zijn het gevolg van een gebeurtenis, of wanneer dat niet het geval is: van verinnerlijkte normen en waarden die zijn aangeleerd in de ontwikkeling; zoals door een strenge opvoeding of geloofsovertuiging.
Iedere schending van het recht van de ander wordt gedomineerd door beleving van schuld, al dan niet bewust. Voor de een leidt dit tot piekeren met terugtrekking als gevolg; en bij de ander leidt dit tot een rechtvaardiging van egoïsme en meer egocentrisch gedrag. Voor beiden geldt dat het om onbewuste processen gaat. Om zo’n proces te reguleren en corrigeren kan er bij de een gehoorzaam en altruïstisch gedrag optreden en bij de ander een herinterpretatie van feiten of het veranderen van de realiteit door fantasie. Schuldtoewijzing in zichzelf versus de ander resulteert in menig conflict. Dat mag duidelijk zijn.
Sommige mensen beleven schuld op een passieve manier. Deze mensen hebben altijd excuses klaar en zijn geneigd zichzelf voor alles de schuld te geven. Onderdanigheid en onzelfzuchtigheid kenmerken hun houding. Bij eigen schuld wordt de strafmaat onmiddellijk bepaald en gelaten aanvaard. Complimenten of lof van anderen voor iets dat zij hebben gedaan leidt gek genoeg tot meer zelfkritiek en zelfverwijt. Angst voor verlies, straf en verdriet is dikwijls het motief. Bij anderen roepen deze mensen een houding van medelijden, bezorgdheid en ont-schuldiging op. Terwijl ook agressie kan worden gevoeld, omdat deze mensen nooit werkelijk zichzelf durven laten zien.
Anderen beleven schuld op een actieve manier. Deze mensen ontkennen en onderdrukken hun schuldgevoelens. In de regel wordt de schuld aan de ander gegeven. Zij hebben een onbewuste block’ om schuld in zichzelf te herkennen. Oppervlakkig beschouwd zijn deze mensen hard als steen. Roekeloos streven zij naar macht zonder rekening te houden met de ander en zonder verantwoording af te leggen. Als deze mensen toch schuld beleven, worden zij kwaad of cynisch tegen de ander. Anderen hebben dan snel de neiging hen te confronteren met hun onwaarheden en hen moreel te veroordelen; of juist de passieve houding aan te nemen en schuld te aanvaarden.
Bron: OPD-2, opd task force (eds.)
Dit artikel is gepubliceerd in Hallo Weekblad 21 maart jl.