Crisis
De mid-life crisis kenmerkt zich door totaal afgestompt zijn. Men is verveeld van zichzelf, zijn partner en zijn werk. Soms zijn mensen onder deze crisis geneigd drastisch hun leven te veranderen en zonder veel omhaal te scheiden, hun baan op te zeggen of te verhuizen. Ze handelen dan vanuit hun impulsen. In korte tijd bouwen ze een geheel nieuw leven op met als doel oude wensen alsnog te vervullen. Iedere levenscrisis heeft tot doel hindernissen te overwinnen en een nieuwe ontwikkeling te ontplooien. Geregeld maakt een mens kleinere crisissen mee want ook normale periodes worden afgewisseld met periodes waarbij er weerstand wordt ervaren en de bestaande toestand wordt beschouwd om nieuw inzicht te krijgen.
De psychotische crisis staat op zichzelf omdat die juist gepaard gaat met afzondering en een sterk afwerende houding die het voor de buitenstaander moeilijk maakt om contact te maken met deze persoon. Wanneer iemand een psychotische crisis doormaakt kan dat er toe leiden dat hij op last van de rechter wordt opgenomen in een crisiskliniek omdat degene een gevaar is voor zichzelf en/of voor zijn omgeving.
Een crisis markeert altijd een keerpunt in het leven. Men vraagt zich af wat hoort wel bij mij en wat nou juist niet. Wat is ballast voor me, en hoe kan ik zonder die ballast prettig verder leven. Wat is de rode draad. Hoe of waardoor komt het nou dat ik van mezelf ben vervreemd en van mijn pad ben afgegaan.
Erik Erikson, een Duitse psycholoog, die in de jaren zestig bekend werd om zijn levenslooptheorie onderscheidt in de menselijke ontwikkeling acht levensfasen. Deze levensfasen verlopen logisch opeenvolgend en iedere fase heeft een eigen deugd en een eigen leertaak. De taak tijdens de middelbare leeftijd is volgens Erikson het openstaan voor verandering om stagnatie te voorkomen. De deugd is bewustwording van het begrip ‘zorg’; de zorg voor jezelf, je naaste en je omgeving. Hij beschouwt zorg als een vitaal kernmerk van deze levensfase.
In de laatste levensfase staat volgens Erikson integratie tegenover wanhoop centraal. De bejaarde mens maakt de balans op van zijn leven. Is dit leven goed geweest dan volgt daar acceptatie uit. Acceptatie geeft rust en mogelijkheden voor verdere groei. Valt de balans negatief uit dan resulteert dat in onrust en wanhoop. Het leven is bijna voorbij en de gebeurtenissen zijn onomkeerbaar. Wijsheid is dan de deugd die nodig is om het leven te kunnen beschouwen.