Ik denk, dus ik ben

‘Ik denk, dus ik ben’ is de vertaling van het Franse 'Je pense, donc je suis' een uitspraak van René Descartes (1596-1650) de beroemde filosoof die met de zin het vermogen om te redeneren wilde bevatten. Volgens psychologisch onderzoek heeft ieder mens zo ongeveer 50.000 gedachten per dag. Het merendeel zijn dezelfde gedachten die we voortdurend of in allerlei varianten herhalen. Er zijn negatieve en positieve gedachten. Wanneer we vaak hetzelfde horen of dezelfde gedachte herhalen beginnen we dit te geloven. Beperkende gedachten kunnen op den duur een overtuiging worden waarbij we denken dat het altijd zo is geweest en altijd zo zal blijven. Om een voorbeeld te geven: ‘je trekt toch altijd aan het kortste eind.’ Wat klinkt als iemand die zich vaak het slachtoffer voelt van het een of ander.
Een manier om de wirwar van je gedachten te ordenen is om de functie van je gedachten te onderzoeken. Met andere woorden onderzoeken of de gedachte positieve of negatieve groei bevordert of belemmert. Bovendien hebben gedachten ook een aantrekkingskracht; degenen die over The Secret hebben gelezen zullen dit zeker herkennen. De kracht van gedachten is dat ze de neiging hebben elkaar aan te trekken en groepjes te vormen. Zodoende versterkt de doelgerichtheid van je gedachten de individuele focus en al naar gelang de inhoud van de gedachten je algehele uitstraling.
Door bewust positieve gedachten in je te laten opkomen en je gedachten op een positieve manier te gebruiken en te herhalen kun je gedachten over jezelf en je leven veranderen.
Want als je denkt dat je iets kunt, dan trek je als het ware de energie naar je toe om het te kunnen. Als je denkt dat je iets niét kunt, maak je een self-fulfilling prophecy; denk aan de wet van Murphy dat wanneer er iets mis kan gaan het zeker zal gebeuren.
Mensen met depressieve klachten zoals somberheid en boosheid hebben vaak de neiging alles van de donkere kant te bekijken. Ze hebben een negatief beeld van zichzelf en hun omgeving. Negatieve gedachten als 'ik kan niets; ik ben waardeloos' of 'het leven heeft geen zin; ik word nooit meer gelukkig' hebben verschillende kernmerken. Meestal zijn ze automatisch en ze komen zomaar in je op, zonder dat je er moeite voor doet. Ze zijn eenzijdig en gebaseerd op enkele feiten want ze laten tegengestelde feiten buiten beschouwing. De gewoonte om negatief te denken maakt dat je in een cirkel rond blijft draaien. Hoe depressiever je voelt, hoe negatiever je gaat denken en hoe meer je in deze gedachten gaat geloven; en hoe negatiever je denkt en hoe meer je er in gelooft, des te depressiever je wordt. Het is een duivelse cirkel die niet zo gemakkelijk te doorbreken is.
‘The Secret’, het boek van Rhonda Byrne heeft veel teweeggebracht aan de ene kant heeft het bij velen het brein geopend naar bewustwording van het effect van hun denken. Op zichzelf iets heel bijzonders. Aan de andere kant blijkt het voor nogal wat mensen de weg naar materieel denken te hebben geopend. Natuurlijk zijn financiële en economische gezondheid belangrijk omdat het je in staat stelt alle rekeningen op tijd te voldoen. Omgaan met materie is een onderdeel van spiritueel bewustzijn. Echter de rigide manier waarop de denkvorm door velen gebezigd wordt vervult me met afkeer, want vaker treedt een regelrechte verharding en verruwing naar anderen op die er op dat moment wat minder goed aan toe zijn; en dat is een ernstige zaak. Het erge is dat deze aanhangers van ‘The Law of Attraction’ alleen nog in hun hoofd leven en hun hartgevoelens van innerlijke vrede, liefde, genegenheid en mededogen volledig hebben geblokkeerd. Het kan niet anders dat op die blokkade agressie, angst en depressie volgen wanneer het net nou niet lukt om dat aanzienlijke banksaldo te bemachtigen. Om bij wijze van spirituele bewustwording louter competitief en consumptief gedrag te bevorderen kan denk ik nooit de bedoeling zijn geweest van Rhonda Byrne en haar medestanders. The Secret lijkt de uitspraak van Descartes te hebben gewijzigd in ‘Ik denk, dus ik heb’.
Dit artikel werd als eerste versie geplaatst in Hallo Weekblad op 25 juli 2008